Palmen correct verzorgen, overwinteren en planten
Inhoudsopgave
Hoe worden palmen correct geplant?
De eisen waaraan de standplaats voor palmen moet voldoen zijn zeer verschillend en zijn afhankelijk van de omstandigheden van hun afkomst. De meeste kamerpalmen en palmen die buiten in de kuip staan, houden van een zonnige standplaats met een hoge luchtvochtigheid. Palmen uit het regenwoud of gebergtes zoeken eerder lichtbeschutte plaatsen, want ze reageren bij volle zon gevoelig met verbranding van het blad. Voor palmen in de volle grond en palmen in de kuip is een lichte standplaats met, voor de middag en in de late namiddag, zon, ideaal. De bodem mag niet te veel humus bevatten, een goede doorlatendheid hebben en neutraal tot zwak zuur zijn. De meeste lichte of zandige bodems bieden goede voorwaardes voor het kweken. Bij een klei- of leembodem is het aan te raden de palmen in een pot te houden. Als potgrond wordt hoogwaardige palm- of potgrond gebruikt. De pot moet tamelijk hoog zijn. Palmen ontwikkelen nauwelijks zijwortels, maar hebben meestal een dikke, onvertakte hoofdwortel met kleine fijne worteltjes. Afhankelijk van de samenstelling van de potgrond kunnen nog kleikorrels, lavakorrels of scherp zand worden bijgemengd. Op de bodem zorgen scherven van gebroken aardewerkpotjes ervoor, dat het afloop gat niet vol met aarde komt te zitten. Zowel in de tuin als ook in de pot mag geen ophopend vocht ontstaan. Meer over het onderwerp palmen planten.
Hoe wordt de palm verplant?
Als oudere palmen in de lente verplant worden, hebben ze nog geen houvast door de wortels. Het gewicht van de spruit wordt door een steun aan de palm opgevangen. Zodra de kluit vol met fijne worteltjes zit, kan de steun worden verwijderd.
Hoe wordt de palm correct verzorgd?
Winterharde palmen worden net als de meeste andere tuinplanten verzorgd. Normaal tot matig gieten. De voedingsverzorging overneemt een complete meststof die vanaf de lente tot in het midden van de zomer wordt gegeven. In de zomer is het raadzaam een meststof met extra kalium te nemen. Kalium zorgt voor versteviging van het weefsel en de spruit. Als de palm in een pot staat is regelmatig gieten en elke maand bemesten noodzakelijk.
Hoe overwinteren palmen?
De grootste zorg is de wintervoorbereiding en de bijbehorende vorstbescherming. Palmen geplant in milde streken reageren gevoelig op een te natte bodem. Ter bescherming wordt het wortelgebied dik opgestapeld met droge bladeren en bedekt met dennentakken. Beide zorgen voor een goede warmte-isolatie aan de basis. Als de ervaring leert dat het erg nat wordt, kan extra bedekking met winddichte folie een doeltreffende bescherming tegen vocht bieden. Om koude wind te weerstaan, wordt het hart van de palmboom samen met de schacht meerdere malen omwikkeld met een lichtgekleurd vorstbeschermend vlies wanneer de temperaturen sterk dalen. Vooraf worden de palmbladeren samengebonden. Een positief neveneffect van het vliesdoek is de beschaduwing van het blad, waardoor het gevaar van vorstdroogte tot een minimum wordt beperkt. Er moet rekening mee worden gehouden dat het aan de wind blootgestelde oppervlak toeneemt. Om bij palmen met één stam windbreuk te voorkomen, wordt de houtachtige schacht met steunen vastgezet.
Palmen die in kuipen worden gekweekt, kunnen het beste bij het huis worden gebracht op een beschutte en schaduwrijke plek. Het substraat mag in de winter niet uitdrogen, maar ook niet overmatig vochtig worden gehouden. Wikkel de pot en de plant in vlies, biezen matten of jute zakken. Om de pot te beschermen tegen doorvriezen, kunnen vier piepschuim platen als frame worden opgesteld en aan elkaar worden bevestigd. De holte naar de pot is gevuld met isolerende herfstbladeren. Zo krijgt het afvalproduct een nuttige bestemming. Nog beter dan buiten overwinteren is een onverwarmde kas. In de beschermde winterverblijven kunnen spint, wolluis of schildluis verschijnen. Ze worden bestreden met een biologisch gewasbeschermingsmiddel.
In het voorjaar is het belangrijk de palmen niet te snel in de zon te zetten, anders kan het blad verbranden.
De winterharde palmen zijn voornamelijk variëteiten. Ze worden vermeerderd door zaad. Als u uw eigen palmen wilt vermeerderen, moet u genoeg geduld hebben.
Hoe worden palmen correct gesnoeid?
Over het algemeen worden palmen niet gesnoeid. In geen geval de bovenkant van de palm doorsnijden. Als het hart van de palm beschadigd is, heeft de plant geen kans om te overleven. Alleen bruine en dode bladeren worden van het onderste deel verwijderd. Een stukje van de bladsteel blijft over. Dit geeft de steel een dik en gelijkmatig uiterlijk. Meer over het onderwerp palmen snoeien.
Hoe worden winterharde palmen gebruikt?
Palmbomen zorgen voor een exotische sfeer in de tuin en op het terras. Ze creëren een tropisch vakantiegevoel en zijn altijd een interessante blikvanger. Uitgeplant of in een kuip zijn winterharde palmen geschikt voor tuincultuur in milde streken. Ze zien er bijzonder goed uit in mediterrane tuinen. Met een beetje bescherming in de winter kan iedereen in zijn eigen tuin een exotisch paradijs creëren.
Welke palmsoorten bestaan er?
Voor het houden van winterharde palmen in de volle grond worden met name drie soorten aanbevolen, die worden gekenmerkt door een matige tot goede vorstbestendigheid.
- Chinese Waaierpalm (Trachycarpus fortunei) – Robuuste klassieker onder de winterharde palmen met een goede vorstbestendigheid. (vanaf -10° C is vorstbescherming aan te bevelen)
- Wagnerpalm (Trachycarpus fortunei 'Wagnerianus') – Robuuste waaierpalm, die maximaal 5 meter hoog wordt en goed tegen koelere temperaturen kan. (vanaf -10° C is vorstbescherming aan te bevelen)
- Sabal Palmetto (Sabal palmetto) – Mooie, van de zon houdende waaierpalm met een korte stam en grote bladeren. (vanaf -7° C is vorstbescherming aan te bevelen)
Zijn Palmen giftig?
Palmen zijn over het algemeen niet giftig. De stevige bladeren of de bladpunten kunnen verwondingen veroorzaken.
Verdere informatie
Vakantie in eigen tuin – wie droomt er niet van, om in plaats van in verre landen, in de eigen tuin onder palmen te liggen?
Palmen zijn exoten, zowel wat hun afkomst betreft als ook in tuinen in onze breedtegraden. Het klinkt ongelooflijk, maar sommige palmen kunnen zelfs in Midden-Europa in de volle grond staan.
Het spectrum van de palmen is groot. Ze reiken van een eenstammige boom tot meerstammige heesters of dwergachtige struiken. Over het algemeen zijn ze afkomstig uit tropische gebieden, het regenwoud of gebergtes. Ze behoren overwegend tot de palmgewassen (Arecaceae). De familie bevat 200 rassen met meer dan 2.500 soorten. Hoewel ze op bomen lijken, staan ze dichter bij de grassen. Heel bijzonder is dat als ze ouder worden de stam niet dikker wordt. Palmen bezitten geen deelweefsel in de bast waardoor jaarringen worden gevormd. Een typische eigenschap die bomen gewoonlijk hebben.
Palmen ontwikkelen een schacht, die ontstaat door afgevlakte of ronde bladstelen. Aan het eind van de spruit zit het palmhart. Dit is een vegetatiekegel die steeds nieuwe palmbladeren ontwikkeld. Sterft het palmhart af of wordt deze verwijderd, kan de plant niet meer gered worden. Ze kan vanuit de basis of de stam geen nieuwe spruiten meer vormen. De palmbladeren zijn er in vele soorten, geveerd, gelapt tot handvormig waaierachtig. Het middelste gedeelte van de palmbladeren is stevig en vezelig om harde wind te kunnen weerstaan. Palmbloemen verschijnen in trossen met een groot aantal drietallige bloemen. Daarna volgen de vruchten, waarin zich zaad bevindt als deze succesvol bevrucht worden.
Nu ontstaat wellicht de vraag, hoe tropische palmen in eigen tuin kunnen staan? Alle palmen, zelfs de warmteminnende soorten kunnen in een kuip worden gehouden. Maar er zijn ook palmsoorten die uit koelere gebieden afkomstig zijn. Deze soorten kunnen onze winters in de volle grond doorstaan. Het is voldoende als deze op een goede standplaats staan en een beetje beschut worden. Winterharde palmen zijn robuuster als men denkt. Vorst onder -10° C kunnen ze zonder problemen overleven, net als een vochtige of wisselvallige winter. Diegene die een palm aanschaft moet erop letten of de palm volledig of gedeeltelijk vorstbestendig is. Gedeeltelijk vorstbestendige palmen kunnen enkele graden onder nul overleven. Als de thermometer onder de -10 Celsius graden zakt, geven ze zonder bescherming op.
Tot de robuuste palmen voor de tuin behoren de Chinese waaierpalm (Trachycarpus fortunei), Wagner palm (Trachycarpus fortunei “Wagnerianus”) en de, van de Amerikaanse Atlantische kust afkomstige, Sabal palmetto (Sabal palmetto). Deze 3 palmen kunnen in de volle grond staan, maar een winterbescherming is voor een duurzame palmencultuur absoluut noodzakelijk.
