Vlinderstruiken snoeien - Met deze 3 dingen moet u rekening houden
Inhoud
- Wanneer is het juiste moment om vlinderstruiken te snoeien?
- De krachtige vlinderstruik wordt in het vroege voorjaar of na de bloei gesnoeid, afhankelijk van de soort.
- Welke delen van de vlinderstruik moeten worden afgesneden?
- Bijna de hele spruit van het voorgaande jaar wordt het slachtoffer van het snoeien.
- Waar moet bij het snoeien van de verschillende soorten van de vlinderstruik rekening mee worden gehouden?
- Er komen in de tuincultuur hoofdzakelijk twee soorten voor, waarvan de snoeimaatregelen enigszins van elkaar verschillen.
- Verdere Informatie
Stap 1: Bepaal het juiste moment om de vlinderstruik te snoeien
Lokale winters kunnen duidelijke sporen achterlaten op vlinderstruiken. Vooral in periodes van vorst bevriezen scheutuiteinden of hele takken. Ze zien er allesbehalve aantrekkelijk uit en worden na de winter, net voor het begin van de lente, gesnoeid. Afhankelijk van het weer is de periode tussen eind februari en begin april geschikt om te snoeien. Snoeien in de herfst wordt niet aanbevolen, omdat gesnoeide vlinderstruiken in de winter hun problemen hebben.
Stap 2: Welke delen van de vlinderstruik moeten worden gesnoeid?
In de tuincultuur zijn er overwegend twee soorten vlinderstruiken met hun cultivars te vinden. De vlinderstruik (Buddleja alternifolia) ontwikkelt een zeer spreidende tot overhangende groeiwijze. Elk jaar snoeit u na de bloei de uitgebloeide scheutuiteinden terug tot sterke toppen of jonge scheuten. Deze snoei bevordert de ontwikkeling van nieuwe bloemstelen voor het volgende jaar. Na een paar jaar is het mogelijk dat de vlinderstruik te weelderig is geworden en dat een sterkere snoei nodig is. In dit geval wordt de struik zwaar ingekort. Als een verjongingssoei, zoekt men in het vroege voorjaar naar jonge scheuten en scheutknoppen. Daarboven worden de takken geknipt en het snoeisel wordt fijngehakt of afgevoerd. Beginnend vanaf de basis loopt de vlinderstruik opnieuw uit en ontwikkelt een gezonde nieuwe scheut.
Deze sterke verjongingssnoei wordt elk jaar uitgevoerd voor de herfstsering (Buddleja davidii) en zijn gekweekte soorten. Zijn scheuten bevriezen in de winter. De hele scheut wordt tussen eind februari en begin april bij de grond boven de basis weggesnoeid. Resterende scheutuiteinden en jonge scheuten zijn absoluut noodzakelijk, waaruit de vlinderstruik een nieuwe struik kan vormen. Ook in de zomer en herfst kan het zinvol zijn om uitgebloeide bloeiwijzen weg te snoeien. De struik heeft de neiging om zichzelf gemakkelijk te zaaien en zich naar de omgeving te verspreiden. Deze behoefte om zich voort te planten is soms zo uitgesproken dat zaailingen overal verschijnen en de bloeiende struik wordt bijvoorbeeld in Zwitserland als invasief beschouwd.
Stap 3: Verschillende soorten vlinderstruiken snoeien
Bij het snoeien wordt er geen onderscheid gemaakt tussen cultivars, maar tussen soorten buddleia. Bij de vlinderstruik (Buddleja alternifolia) worden alleen de verdorde scheutuiteinden na de bloei elk jaar ingekort. Pas na jaren geschied er een sterke verjongingssnoei aan de basis, wat overeenkomt met de jaarlijkse snoeimaatregelen van de gewone vlinderstruiken. De scheut wordt jaar na jaar direct aan de basis ingekort. Dankzij de snelle groei is hij in de zomer weer op ware grootte gegroeid.
Verdere Informatie
Een paradijs voor vlinders is een struik die deze eigenschap zelfs in zijn naam heeft: bekend als vlinderstruik of buddleia (buddleja). De prachtige struiken sieren talrijke tuinen, waarin ze vaak het voortouw nemen. De snelgroeiende vlinderstruiken ontwikkelen zich tot grote struiken. De felgekleurde bloemenkaarsen bloeien op de scheutuiteinden. Ze worden elk jaar bezocht door vlinders en andere insecten. Regelmatige snoeimaatregelen zijn essentieel om ervoor te zorgen dat de buddleia niets aan aantrekkelijkheid verliest.