Spiraalvrucht (Streptocarpus)
Deze plant heeft zijn naam te danken aan de spiraalvormige, lange vruchten. De plant is afkomstig uit de tropische regenwouden van Zuid-Afrika en Madagaskar. De spiraalvrucht wordt gekenmerkt door zijn prachtige bloemen in vele kleuren.
Standplaats
De standplaats moet licht zijn, maar u mag de plant niet blootstellen aan direct zonlicht. De beste plek is op de vensterbank naar het oosten of westen gericht, zodat de plant genoeg licht krijgt voor de fotosynthese. Bij kamertemperatuur gedijt de plant het beste, wanneer de temperatuur boven de 24° C komt, is het raadzaam de luchtvochtigheid te verhogen. De plant niet met water bespuiten.Zet de pot daarom op kiezels in een schotel die zodanig met water is gevuld dat de pot het water niet raakt. Bij een slechte ventilatie en een hoge luchtvochtigheidsgraad kan de plant worden aangetast door meeldauw.
Substraat
Uiterst geschikt is een humusrijke bodem met een mengsel van turf. Voor het beste resultaat kan nog een beetje calciumcarbonaat door de aarde worden gemengd. Wij adviseren om de plant in een schaal te planten, omdat de wortels van de plant in de breedte groeien. De plant pas ompotten als de hele pot vol met wortels is, de meest geschikte tijd is na de bloei of in het voorjaar.
Water en bemesting
De spiraalvrucht heeft regelematig water nodig. De kluit moet vochtig, maar niet nat zijn. De bovenste laag van de aarde moet eerst opdrogen, voordat de plant opnieuw water nodig heeft. Het water moet kalkvrij zijn, want de spiraalvrucht heeft een hekel aan kalk. Het beste is regenwater. Zorg ervoor dat er geen water op of tussen de bladeren wordt gegoten, dit veroorzaakt rottende bladeren. Om de 14 dagen bemesten met een vloeibare meststof.
Overwinteren
De spiraalvrucht kan het hele jaar door op dezelfde plaats blijven staan, het belangrijkste is een lichte plek zonder direct zonlicht. U kunt de plant in de winter ook op een koele plek zetten, maar niet onder de 10° C. Hoe koeler het plekje, des te minder water heeft de plant nodig.