Christusdoorn (Euphorbia millii)

Het lijkt er misschien op dat de christusdoorn met zijn stekelachtige takken tot de cactusfamilie behoort, maar dat is niet het geval. Hij is nauw verwandt aan de kerstster. Ongeveer 150 jaar geleden werd de eerste christusdoorn uit Madagaskar naar Europa ingevoerd. In Madagascar zijn velden vol van deze doornachtige struiken te vinden. In Europa heeft de christusdoorn inmiddels veel liefhebbers gevonden. Ten eerste vanwege haar bizarre uiterlijk, maar ook omdat ze vooral in de winter gemakkelijk te verzorgen is. Want in tegenstelling tot de meeste andere planten vindt ze de droge kamerlucht erg prettig.

Standplaats en verzorging

Door zijn oorsprong houdt de christusdoorn veel van warmte, volle zon en droge lucht, een ideale plant voor een raam aan de zuidkant. Ook in de winter kan de plant in de verwarmde ruimtes staan. Waneer de christusdoorn groeit en bloeit moet deze regelmatig, maar niet teveel worden gegoten. Van april tot september wekelijks bemesten, het beste met meststof voor cactussen. (bv. Baldur- art.nr. 3346) Jonge planten worden elk jaar, oudere alle 2 tot 3 jaren verpoot, het liefst in een niet te grote pot met potgrond voor cactussen. De christusdoorn groeit echter ook in universele potgrond.