Kalebas plant (Lagenaria siceraria)
Het pompoenachtige gewas ontwikkelt ca. 30 cm hoge vruchten met een buikige vorm. Om de vruchten te kunnen gebruiken, zouden de kalebassen tot het late najaar op de plant rijpen. U kunt deze dan net voor de eerste vorst oogsten en op een droge en luchtige plaats (zoals b.v. zolder, stookruimte) ophangen en langzaam laten drogen. Hierbij ontwikkelt zich uit de meer vlezige vruchtwand van de kalebas, een harde, water niet doorlatende en houtachtige buitenhuid. Na verloop van tijd heeft zich het vruchtvlees volledig verminderd en de fleskalebas is hol en keihard. Bij het schudden kunt u de zaadkorrels binnen horen ratelen.
Bouw van een vogelhuisje
In de goed gedroogde kalebas wordt op het punt met de grootste omvang een ingangsgat voor de vogels geboord. Hiervoor kunt u heel goed een houtboor met een rond zaagblad (zogenoemde gatenzagen) gebruiken. Het geboorde gat (ca. 28 - 32 mm doorsnede) dient de vogels als een ingang naar hun nieuwe behuizing. Vanuit het gat wordt ook de natuurlijke inhoud (zaadkorrels, etc.) uit de kalebas geschud. Met snijwerken en beschilderingen kan het vogelhuis naar wens worden versierd. Maar het kan ook in de natuurlijke look blijven en buitenaf met een beetje transparante lak voor een langere houdbaarheid worden behandeld.
De kalebas plant is ook zeer geschikt voor de productie van decoratieve bewaarbakken, schalen, drinkbakken, vazen, voor de beplanting met bloemen, als rammelaar of trommel. In Afrika dienen gedroogde kalebassen voor het bewaren van water en melk en worden vaak decennialang gebruikt.
Plantenverzorging
De kalebas is een eenjarige plant, die zeer sterk rankt en een klimhulp nodig heeft. Slechts als de vruchten hangend rijp worden, krijgen ze een bijzonder geschikte vorm voor de verdere verwerking. Liggend groeit de kalebas met krullen. Het is raadzaam de vruchten zo laat mogelijk, eerst net voor te vorst, te oogsten. De kalebas geeft de voorkeur aan een humusrijke bodem en een warme, windbeschutte standplaats met veel zon. Jonge vruchten kunnen rauw en gekookt worden gegeten.
