Zoete aardappel
De soort „Beauregard Improved“ is zeer robuust en resistent tegen ziektes en levert ook in een middeneuropees klimaat een grote oogst op. De typische zoete smaak heeft de aardappel door het hoge suikergehalte. De zoete aardappel is geen familie van de aardappels maar behoort tot de windefamilie. De aardappel heeft eigenlijk meer overeenkomsten met de wortels en wordt dan ook wel tot de wortelgroenten gerekend. Oorspronkelijk komt de zoete aardappel uit Midden-Amerika. Al in de tijd van Columbus werd de soort door de autochtonen verbouwd en op verschillende manieren bereid. De onregelmatig gevormde knollen vormen gedurende de zomer talrijke dochterknollen, die u in de herfst kunt oogsten.Vanwege de prachtige hartvormige bladeren hebben de planten ook nog een sierwaarde. Aan een klimhulp of als bodembedekker zijn deze planten met roze gekleurde bloemkelken een aanwinst voor uw tuin.
Gebruik
Een zoete aardappel is net zo veelzijdig als een gewone aardappel. Ze kunnen worden gekookt, gepureerd, gebakken, gebraden of gegrild. Ze smaken in de soep net zo lekker als in een dessert en je kunt er zelfs patat van maken. Recept: Pittige zoete aardappelsoep: 2 grote zoete aardappels in een voorverwarmde oven (180° C) 1 uur laten bakken tot ze gaar zijn. Even laten afkoelen, schillen en dan pureren. In een pan 2 eetlepels boter smelten, 1 klein uitje hakken en glazig bakken, 400 ml groentebouillon toevoegen, de gepureerde aardappel er doorheen roeren en de soep even laten doorkoken. Nog een keer 400 ml groentebouillon, 250 gram kipfilet in stukjes en een kleingesneden rode peper toevoegen tezamen met 300 gram mais, 100 ml slagroom en 1 theelepel zout. Eventueel nog wat bouillon toevoegen. 10 minuten door laten koken. Serveren met een fijngehakt lenteuitje. Tip: De zoete aardappel bevat meer voedingsstoffen wanneer ze met schil en al gekookt worden.
Standplaats en verzorging:
De aardappels hebben een plekje nodig in de zon of de halfschaduw. Direct zonlicht betekent een hogere verdampingsgraad en eventueel verbrande bladeren, beter is het dan om naar een schaduwrijkere en koelere standplaats uit te wijken.. De bodem gelijkmatig vochtig houden. Bij de aanbouw van zoete aardappels is de waterbehoefte zeer groot, dit wordt veroorzaakt door de grote, slappe bladeren. De knollen in de grond mogen echter geen “natte voetjes” krijgen! Van maart tot september elke 3 weken met hoornspaan bemesten. Nog voor de eerste vorst optreedt in september/oktober de gehele plant rooien en de aardappels oogsten. Oplsaan in een koele, droge ruimte, het liefst bij kamertemperatuur. Door het hoge vochtgehalte zijn de aardappels slechts beperkt houdbaar. U kunt een paar aardappels tot het voorjaar bewaren en vanaf april weer inplanten en nieuwe zoete aardappels telen!
