Apenboom (Araucaria)

Standplaats en Verzorging

Na een gewenningsperiode wil deze boom op een zonnige plek staan. In een vochtige (maar wel doorlaatbaar), licht zure en arme grond planten. Tijdens de groeiperiode niet laten uitdrogen, maar regelmatig en goed begieten met water (maar pas wanneer de bovenste laag aarde uitgedroogd is, de boom is namelijk gevoelig voor ophopend water en verdraagt liever te droge dan te natte aarde). In een pot elke 2-3 weken met voorgeschreven voeding (bemesten  zoals bij naaldbomen). Voor de hoeveelheden  de gebruikshandleiding van de fabrikant aanhouden.

Overwinteren

Oudere exemplaren zijn tot ca. -15° C winterhard, mits de lage temperaturen niet te lang aanhouden. Jonge exemplaren zijn daarentegen niet zo winterhard en moeten in hun eerste jaren vorstvrij overwinteren. In de oorspronkelijke omgeving, bevindt de boom zich in de rustperiode in een diepe laag van sneeuw en dat maakt de boom in een sneeuwvrije omgeving gevoelig voor zon. Hierdoor verliest de boom veel vocht, zonder dat het uit de bevroren grond weer vocht opnemen kan. De boom kan dan uitdrogen, wat tot bladschade kan leiden. Het is daarom aan te raden de plant aan de noordkant van het huis te planten, waar het meestal licht genoeg is en de boom op deze manier tegen de winterzon beschermd wordt. De lage temperatuur is minder schadelijk dan de zon in een snweeuwvrije omgeving in de winter.